Israëlische natiestaat wet geeft spanning met de druzen. Verdeel-en-heers wordt lastiger.
De druzen, een kleine niet-joodse minderheid in Israël is boos over de nieuwe natiestaat wet. Deze wet kreeg recent de zegen van het Israëlische parlement de Knesseth en is een belangrijke stap op de weg naar juridische vastlegging van een apartheidssysteem waarbij uitsluitend joden volwaardige burgers zijn. Druzen zijn een oeroude etnisch-religieuze minderheid die verspreid leeft in Israël, Syrië en Libanon. In deze landen voegen zij zich naar oude traditie – men zou ook kunnen zeggen, als overlevingsstrategie – naar het heersende gezag. Sommige druzen bekleden zelfs hoge posities in het Israëlische leger of zijn actief lid van politieke partijen zoals de partij Yisrael Beitanu van minister Lieberman.
De protesten van druzen tegen de gevolgen van de wet en met name de protesten van ‘elite-druzen’ – enkele druzische legerofficieren hebben aangekondigd uit hun functie te zullen stappen – hebben premier Netanyahu ertoe aangezet om een compromis te zoeken. De regering probeert nu binnen 45 dagen een ‘regeling’ te ontwerpen die sociale gelijkheid garandeert voor leden van minderheidsgroepen die posities bekleden binnen het veiligheidsapparaat. Die regeling moet gaan gelden voor mensen uit de druzische gemeenschap, de zeer kleine Tsjerkessische gemeenschap, enkele bedoeïnen en ‘Arabieren’, dat wil zeggen Palestijnen met Israëlische pas.
Te verwachten valt dat de essentie van de wet niet wordt aangetast en alleen een aparte status zal geven aan ‘nuttige niet-joden’, ook wel aangeduid als ‘good Arabs’. Nu al wordt er in de Knesseth te hoop gelopen tegen het eeuwige opportunisme van premier Netanyahu. Oppositieleider Tzipi Livni stookt het vuur in regeringskringen aan door de premier te verwijten dat hij ‘waarderingsoorkonden’ uitreikt aan mensen die hem politiek ondersteunen.
De redactie
Foto: druzen, traditionele bijeenkomst