Israëllobbyist op bezoek in Nederland: denkfouten of drogredeneringen?
Op 10 oktober j.l. hield de Britse Israëllobbyist David Collier een lezing in Amsterdam. Vooral BDS nam hij op de korrel. Collier werd geboren in Engeland, woonde achtentwintig jaar in Israël en kwam in 2006 weer terug. Hij werkte onder meer under cover in de Britse Palestina beweging. Hij was in Amsterdam op uitnodiging van het pro-Israël organisatie CIDI (Centrum Informatie Documentatie Israël) en sprak in de Uilenburger synagoge.
Wij betreuren het dat het CIDI en het deel van de pro-Israël beweging waartoe Christenen voor Israël behoort, in toenemende mate hun toevlucht zoeken in drogredeneringen en onwaarheden. Het hieronder geplaatste verslag van de bijeenkomst met Collier is niettemin bewust afstandelijk geschreven als een neutrale weergave van de lezing en de discussie. De redactie is namelijk van mening dat het publieke debat over Israël en zijn politiek (ook) in Nederland belangrijk is.
Of een vrij en redelijk debat uiteindelijk mogelijk is, hangt mede af van de vraag of de deelnemers ‘onafhankelijk blijven denken’ dan wel of men zich vastbijt in een Eeuwige Waarheid (bijvoorbeeld Christenen voor Israël) of een ideologie (bijvoorbeeld een strak politiek zionisme). Zeer afwijzend staan wij tegenover het besmeuren van de tegenstander in het debat. Aan de andere kant namen wij met instemming kennis van het standpunt over de vrijheid van meningsuiting van het Amsterdamse stadsbestuur bij monde van de burgemeester en van de rector magnificus van de Universiteit van Leiden, Carel Stolker.
Hieronder het verslag van de CIDI-bijeenkomst.
+++++
LEZING VAN DE BRITSE ISRAEL-PLEITBEZORGER DAVID COLLIER IN DE UILENBURGER SYNAGOGE IN AMSTERDAM, OP 10 OKTOBER 2018, OP UITNODIGING VAN HET CIDI
De lezing werd ingeleid door Hanah Luden van het CIDI. Zij noemde als aanleiding voor de uitnodiging van David Collier de zorg die BDS vormt voor het CIDI en voor Israël. Daaraan voegde zij toe dat het wat haar betreft ook een zorg zou moeten zijn voor eenieder die de Palestijnse zaak, en allereerst vrede, ter harte neemt, want ook daar heeft BDS volgens haar alleen maar een negatieve invloed op. Als onderzoeks- en kenniscentrum streeft CIDI ernaar om onpartijdige, in de juiste context geplaatste informatie te geven omtrent problemen in verband met ‘vrede met de Palestijnen’, aldus Luden. Ze noemde CIDI tevens een ‘Israeli advocacy organization’ gericht op een beter begrip van de problemen in/van de Israëlische politiek. Want de informatieverschaffing door de media was op dit vlak te beperkt wat dit betreft. Er moest een beter begrip worden geweekt voor de Israëlische context, en dan zowel de politiek-maatschappelijke context binnen Israël zelf als die in relatie tot de Palestijnen, en van het bestaan van de vijanden van Israël, zoals Iran, Hezbollah en Hamas. Sommigen binnen de BDS-beweging wensen eveneens Israël te vernietigen, benadrukte ze. Het Nederlandse publiek moest worden duidelijk gemaakt dat dit conflict er niet een was tussen de good guy en de bad guy, vond ze.
Daarnaast, zo vertelde Luden, rekende het CIDI de strijd tegen het antisemitisme tot zijn taak. Volgens haar is het publiek in Nederland er over het algemeen niet toe geneigd om antisemitische incidenten te rapporteren.
De lezing zelf
David Collier werd voorgesteld als 1 van de 100 meest invloedrijke joodse mensen in de wereld. Hij begon te vertellen dat hij was geboren in het Verenigd Koninkrijk, en dat hij dat land in 1978 verliet om zich in Israël te vestigen. Hij begon daar als vrijwilliger in een Kibboets. In 2006 kwam hij weer in het Verenigd Koninkrijk terug. Hij herinnerde zich dat toen hij naar Israël vertrok het land nog zeer in trek was bij Europeanen, maar dat dat gedurende zijn verblijf daar veranderde. In plaats daarvan ging men liever naar de Westelijke Jordaanoever om als vrijwilliger onder de Palestijnen te werken.
Collier merkte dat vooral na de uitbraak van de tweede Intifada in 2000 de sfeer op het internet ten aanzien van Israël veranderde. De nadruk kwam erg te liggen op de kwaadaardigheid van die staat. Hij probeerde Israël tegen die stroom in te verdedigen. Daartoe ging hij onderzoek doen, waardoor hij een goed begrip kreeg van de antizionistische scène. In het Verenigd Koninkrijk ging hij het antizionistische netwerk steeds meer onderzoeken en hun bijeenkomsten bezoeken.
Hij kwam tot de bevinding dat het Israël hatende antizionistische netwerk een gelaagd verschijnsel was. Je treft er zowel geharde linksen aan die er een anti-nationalistische ideologie op nahouden, als bepaalde kerkgemeenschappen als geharde, radicaal rechtse types, alsmede mensen die er allerlei complottheorieën op nahouden, waaronder mensen met bizarre ideeën zoals dat de aarde plat zou zijn, en niet in de laatste plaats ook Islamisten. Vele aanhangers geloven oprecht dat ze met ‘de juiste, legitieme zaak’ bezig zijn. Zij zijn onwetend en goedgelovig en zien zichzelf beslist niet als antisemieten. Er bestaan in dit milieu vele verschillende organisaties die ook niet altijd al te best met elkaar door een deur kunnen, aldus Collier.
Collier heeft een hoge pet op van de capaciteiten van BDS op het vlak van propaganda en mobilisatie. Hij noemt de beweging in die opzichten brilliant. Maar qua inhoud vertegenwoordigt BDS volgens hem helemaal niets nieuws. Het is een relatief nieuwe manifestatie van een aloud streven om Israël te vernietigen. Dat streven manifesteerde zich allereerst in gewapende strijd en militaire actie tegen het zionisme en de staat Israël. Dat vond al plaats tijdens de Britse mandaatperiode, en in verhevigde mate tijdens de oorlogen die Israël moest uitvechten in 1948-49, in 1967 en in 1973. Maar de vijanden van Israël zagen zich op een gegeven moment gedwongen om zich neer te leggen bij Israëls bestaan, en te erkennen dat Israël niet op het slagveld verslagen zou gaan worden. Deze berusting leidde onder meer tot de vredesverdragen die het land op een gegeven moment met Egypte en met Jordanië kon gaan sluiten. Maar krachten die Israëls bestaan weigerden de accepteren bleven ook voortbestaan, zoals bijvoorbeeld de Islamistische bewegingen Hamas en Hezbollah. Hamas zette die opvatting kracht bij door bijvoorbeeld bomaanslagen te plegen op Israëlische bussen en horeca-gelegenheden. De krachten die Israëls bestaan wel accepteren proberen door middel van onderhandelingen met die staat een twee-staten oplossing te bereiken. Degenen die het bleven weigeren te accepteren gingen dromen van een een-staat oplossing.
BDS vertegenwoordigt volgens Collier duidelijk de weigering om Israël te erkennen. Het verwerpt het concept van onderhandelingen met Israël. Zorgvuldige bestudering van de 3 BDS eisen zou dat volgens Collier ook onthullen. Mensen laten zich verleiden door de illusie dat met BDS de vrede bereikt kan worden. Die illusie wordt vooral gewekt doordat de eerste BDS-eis slechts spreekt van het beëindigen van de bezetting van de in 1967 door Israël veroverde Arabische gebieden. Met de uitvoering van die eis alleen zou Israël op zich nog wel kunnen voortbestaan. En over de 3e eis van BDS, omtrent de terugkeer van Palestijnse vluchtelingen, zou ook nog wel onderhandeld kunnen worden. In het kader van een regeling zou een ‘symbolisch aantal’ van hen nog wel naar Israël terug kunnen keren. Anderen kunnen naar de Palestijnse staat terug. Collier maakte zich het meest boos over de tweede eis van BDS, die over de gelijkberechtiging van Palestijnse burgers van Israël. ‘What the hell are they talking about Israeli citizens!’ riep hij uit. Hij zag dit dan ook als de eis die het meest onthulde over waar BDS werkelijk over ging: het eigenlijke (joodse) karakter van Israël aantasten, en daarmee het voortbestaan van die staat uiteindelijk onmogelijk maken. Wat hem betreft stond die 2e eis werkelijk centraal in de BDS strategie, en zou die dus bovenaan moeten staan.
Vervolgens schamperde hij over BDS claims omtrent discriminatie van Palestijnse burgers van Israël. “Al die beweringen over 50 of 60 Israëlische wetten die tegen Arabische burgers van de joodse staat zouden discrimineren”, aldus Collier “worden belachelijk als je naar de inhoud ervan kijkt”. Zo wordt elke verwijzing in Israëlische wetgeving naar het joodse karakter van de staat als discriminerend gezien, aldus Collier. Zoals die betreffende het Israëlische volkslied, de Hatikva, of joodse gebeden in de Knesset. Het is enkel vanwege de wens om Israël te vernietigen dat BDS het brandmerkt als een apartheidsstaat en als een bolwerk van vestigingskolonialisme, en als een staat die gebaseerd zou zijn op de nakba. Collier leek ook te beweren dat je Israël niet van zowel bezetting als van apartheid kon beschuldigen, maar zijn argumentatie hieromtrent was niet duidelijk hoorbaar. In ieder geval was Israël volgens hem duidelijk geen apartheidsstaat, want joden en Arabieren vermengden zich onderling zo veel. En er had volgens Collier in 1948-49 geen Nakba plaatsgevonden, en zeker niet op de manier waarop BDS ‘ers het beweerden. In plaats daarvan was er sprake van een brute burgeroorlog waarin er van beide zijden misdaden werden begaan, en waarin de joden zelf ook aangevallen werden. Collier probeerde deze stelling met zijn powerpoint presentatie, waarin hij ook dia’s van een Brits politierapport uit de Mandaatperiode presenteerde, te illustreren.
Vervolgens stelde hij zich de vraag: ‘wie zijn degenen eigenlijk die daar staan met hun Palestijnse vlaggen?’ In ieder geval zijn het mensen die allerlei verzinsels debiteren over Israël, volgens hem. Een vraag die hieruit volgde was in hoeverre het hier dan ook om antisemieten ging. Daartoe ging hij facebook pagina’s van Britse antizionistische activisten onderzoeken. Zo had hij een facebook pagina gevonden van een Islamistische groep die de holocaust een hoax noemden, en die tegelijkertijd verwees naar Labourleider Jeremy Corbyn in het midden. Op die pagina zouden uitspraken zijn gedaan waarin joden werden beschuldigd van de terreuraanslagen in Parijs in 2015. Collier hanteerde als criteria voor antisemitisme holocaust denial, het hanteren van anti-joodse samenzweringstheorieën en geschimp op joden. Hij had eens een demonstratie uit 2016 tegen het bezoek van Netanyahu aan Groot-Brittannië onderzocht. Door naar hun social media accounts te gaan had hij vastgesteld dat zo’n 42% van hen antisemitisch materiaal had gedeeld. Veel van de deelnemers waren links en beweerden door humanitaire motieven gedreven te worden, maar zeker 53% van hen waren volgens hem hardcore racisten en antisemieten. Ook al kennen die facebook groepen dan ook joodse deelnemers.
Maar BDS ‘ers zijn volgens hem slim in het camoufleren van dergelijke intenties doordat ze een slimme strategie bedrijven. Ze haken aan bij allerlei progressieve en humanitaire bewegingen en activiteiten waar ze in principe niets mee te maken hebben. Zij weten allerlei ngo vertegenwoordigers voor zich te winnen en omarmen elke mensenrechtenzaak die zich aandient. Zo haakten ze aan bij de anti-Trump demonstraties in Groot-Brittannië van eerder dit jaar, die tienduizenden mensen op de been brachten.
Kenmerkend voor de BDS benadering is volgens Collier dat Israël op voorhand veroordeeld wordt, en gestraft moet worden. BDS is enkel geïnteresseerd in het straffen van Israël. Ze proberen universiteiten binnen te dringen door bijvoorbeeld bij universiteitsbesturen te pleiten voor studiebeursprogramma’s voor Palestijnse studenten uit Gaza, zogenaamd op basis van humanitaire principes. Op deze wijze proberen ze een permanente Palestijnse aanwezigheid op de campus te creëren. Hamas traint deze studenten en stuurt op deze wijze militante activisten naar Groot-Brittannië. En zo wordt het anti Israël activisme in stand gehouden.
BDS is volgens Collier als zodanig niet geïnteresseerd in een vreedzame, onderhandelde oplossing van het Midden-Oosten conflict. Als het nu werkelijk over zaken ging als Gaza, de nederzettingen, bezetting en checkpoints, dan viel er nog mee te praten. Maar het gaat BDS gewoon om het vernietigen van Israël, en daar valt niet mee te praten. Ze helpen in feite mee aan de realisatie van een state of terror. BDS is bedrog, a fraud. Ze citeren (zionistische, Israëlische) zegslieden verkeerd, ze halen de bronnen uit hun context en maken fout na fout in hun weergave van de feiten. Hun redeneringen kloppen niet volgens Collier: een jood uit Nazi-Duitsland zou in principe een onschuldig slachtoffer, een good guy geweest zijn, maar werd volgens de BDS ‘ers plotseling kwaadaardig zodra die voet op Palestijnse bodem zette. Dus volgens BDS ‘ers zijn joden alleen goed als slachtoffer, niet als een zelfbewust volk die naar onafhankelijkheid streeft.
Volgens Collier is antisemitisme uiteindelijk toch een ultieme, onderliggende drijfveer van de BDS ‘beweging. Want antisemitisme geeft de motivatie om je helemaal aan die zaak te wijden, en er actief in te zijn. Zijn onderzoek had uitgewezen dat drie van de vier BDS ‘ers die hij wist te traceren zich bezighouden met holocaustontkenning, en/of in anti-joodse samenzweringstheorieën geloven, volgens welke joden bijvoorbeeld het bankwezen, dat de wereld in de financiële crisis had gestort, zouden beheersen, of achter de aanslagen van 11 september 2001 in de VS zouden zitten.
+++
Vraag- en antwoordsessie
De eerste vraag kwam van Hannah Luden. Zij vroeg David Collier hoe hij zich eigenlijk voelde toen zich onder BDS activisten begaf. Collier antwoordde dat het hem altijd een gevoel van ongemak en vrees gaf. Niet dat hij zich nou direct fysiek bedreigd voelde, maar hij vond de morele superioriteit die de Palestina-activisten uitstraalden wel lastig. Die laatsten waren er duidelijk van overtuigd dat zij de werkelijk humanen (‘humanitarians’) waren, en vonden hun tegenstanders (waar hijzelf in feite ook toe behoorde) maar een stel slechteriken. Daarmee voelde hij zichzelf eigenlijk ook in de hoek van de bad guy gedrukt. En hij leek dit eigenlijk ook een vorm van verborgen antisemitisme te vinden. Verder ondervond hij in zijn undercover activiteiten ook de schadelijke invloed van de sociale media. Hoe mensen zich daar isoleren van degenen met wie zij het niet eens zijn. Zij, en dan doelde hij in het bijzonder op BDS activisten leken eigenlijk niet aanspreekbaar te zijn. BDS mensen leefden volgens hem in een bubbel van het eigen gelijk.
Andere vragen die aan Collier gesteld werden waren: ‘Wat kunnen wij tegen BDS doen? ‘Bent u door westerse media benaderd om uw verhaal te doen?’ en ‘Geeft Israël BDS geen munitie door zijn beleid?’
Collier’s antwoord op de eerste vraag was: ‘wij kunnen de strijd tegen BDS niet opgeven, want dit fenomeen is niet meer en niet minder dan weer een ander gezicht van een eeuwenoud verschijnsel. Het fanatisme (ofwel de zelfopoffering) die Palestina-, en in het bijzonder BDS, activisten aan de dag leggen kan niet anders dan gedreven zijn door antisemitisme. Als mensen bijvoorbeeld in weer en wind, in de koude regen, een stand bemannen, dan kunnen die zonder een diepgeworteld antisemitisme die motivatie niet opbrengen. ‘These people hate us’ was zijn verklaring, en zij bekeren mensen die onwetend zijn. Wij moeten hun haat bestrijden, stelde hij. Hij kon in discussie gaan over de joodse nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever, over Gaza of over de militaire checkpoints in bezet Palestijns gebied, maar hij kon niet in gesprek met mensen die Israël willen vernietigen.
Wat zijn antwoord op de tweede vraag betreft: hij had inderdaad wel contacten met media. Maar als Israël aanhangers are we seriously outnumbered door onze tegenstanders, stelde Collier. Dit had volgens hem ook te maken met demografische veranderingen, vooral het stijgende aandeel van mensen met een moslimmigranten achtergrond in vooral de stedelijke westerse samenleving.
Wat zijn antwoord op de derde vraag betreft: de enige manier waarop Israël geen munitie meer zou kunnen geven aan BDS is door simpelweg op te houden te bestaan, stelde hij.
In aansluiting hierop ging Collier ook nog even door op de nieuwe Wet op de Natiestaat in Israël. In deze wet staat er helemaal niets nieuws, stelde hij. Israël is gewoon een joodse staat net zoals het Verenigd Koninkrijk een christelijk land is. Dat heeft nu eenmaal een christelijke geschiedenis, zoals Israël een joodse geschiedenis kent. Is het Verenigd Koninkrijk soms een racistische staat omdat het christelijke feestdagen kent, alsmede een kerstvakantie tijdens welke ik mijn kinderen niet naar school kan sturen, terwijl de kerst niet mijn feest is als jood? En omdat de Britse koningin daar ook aan het hoofd staat van de Anglicaanse staatskerk? Maar als zulke zaken Israël wel verweten worden omdat die in zijn Wet op de Natiestaat staan, is het hier in feite de joodse staat die gediscrimineerd wordt. Zo kan je elk land wel onder een microscoop leggen en het racistisch en een apartheidsstaat noemen. Natuurlijk kunnen en moeten Palestijns-Arabische burgers van Israël als individu daar gelijke rechten genieten, vond Collier, maar het was volgens hem waanzin om hen als minderheidsgroep dezelfde rechten te geven als de joodse meerderheid in Israël.
Een daaropvolgende vragensteller herhaalde Colliers’ stelling dat BDS mensen niet dol zouden zijn op dialoog. Hij vroeg of er nog manieren waren om BDS activisten te overtuigen van hun ongelijk.
Collier’s antwoord daarop was dat dit met de echte, gemotiveerde, hardcore BDS activisten eigenlijk niet kon, want er viel niet te argumenteren met degenen die door haat werden gedreven. Palestina-activisten, en allereerst de BDS mensen, haten de zionistische joden die al in de jaren ‘ 30 als vluchtelingen uit Europa naar Palestina kwamen omdat zij overleefden, omdat zij geen slachtoffers bleven, omdat zij sterke joden werden, volgens Collier.
In aansluiting hierop leek Collier westerse BDS activisten eigenlijk niet te zien als mensen die oprecht solidair waren met het leed van het Palestijnse volk, maar als vooral witte westerlingen die hun jodenhaat willen botvieren en daarbij de Palestijnse zaak als een soort dekmantel, ofwel als voorwendsel gebruiken. Hij vroeg zich af waarom die witte mensen zo nodig voor de Palestijnen moesten spreken. Laat de Palestijnen toch voor zichzelf spreken, vond hij. Hij meende tevens dat Ilan Pappe eens toegegeven zou hebben dat de BDS beweging helemaal niet van binnenuit zou zijn gekomen, niet werkelijk uit de Palestijnse samenleving zelf voortkwam. Ook degenen die ‘Israël haten maar het niet met BDS eens zijn’, zoals Noam Chomsky en Norman Finkelstein, zouden dat bevestigd hebben. In het Zuid-Afrika van de apartheid lag dat volgens Collier anders. Daar had de zwarte meerderheid duidelijk zelf om de boycot gevraagd. Daarom bestond er in dat geval een ethische grond voor de boycot. Maar in het geval van Israël-Palestina waren het volgens Collier westerse BDS activisten zelf die die Palestijnse roep om de boycot hadden gecreëerd, en ging dat niet zozeer van de Palestijnen zelf uit. Een van die activisten was niemand minder dan Ilan Pappe, die de wereld in 2005 zou hebben gesmeekt om ‘ons’ te boycotten. De BDS beweging was vooral begonnen met westerse anti-Israël activisten die zelf juist een koloniale en imperialistische instelling hadden, door niet de Palestijnen zelf te willen laten spreken, maar hun eigen anti-Israël agenda namens hen wilden doordrukken. Volgens Collier was het klip en klaar dat de BDS beweging van buitenaf gecreëerd werd, ook al waren bepaalde Palestijnen er dan wel bij betrokken waren. De BDS beweging was volgens David Collier vooral voortgekomen uit een zogeheten antiracismeconferentie in Durban in Zuid-Afrika in 2001, waar leden van diverse anti-Israël NGO ‘s elkaar ontmoetten. Uit dit treffen kwam al in 2002 een eerste oproep tot een academische boycot van Israël in Groot-Brittannië voort. Dit initiatief faalde, en juist omdat er geen echte oproep van binnen de Palestijnse samenleving voor een boycot bestond, werd uiteindelijk de BDS oproep gedaan. En zoals anti-Israël (maar niet BDS-) activist Norman Finkelstein ook al eens stelde: het is flauwekul om te beweren dat het uit de Palestijnse civil society voortkwam. Er bestaat volgens Collier helemaal niet zoiets als een Arabische civil society. Het bestaan van daarvan wel veronderstellen is volgens Collier maar flauwekul.
Een ander vraag uit de zaal was naar de financiering van BDS. Volgens Collier had de BDS beweging niet zoveel financiering nodig voor zijn activiteiten. Iemand anders uit de zaal, een wat oudere vrouw, zag de activiteiten van BDS studenten in Amsterdam als een grote bron van zorg. Collier antwoordde dat de BDS beweging met studenten heel slim te werk ging. Ze wisten op een heel goed doordachte manier op de gevoelens van studenten in te spelen en zich in de universiteitscampus in te bedden. En joodse studenten zijn volgens hem door de Israëlhaters, waaronder de BDS activisten, al snel outnumbered. Deze joodse studenten willen volgens hem alleen maar studeren, maar ‘wij’ (de zionisten waartoe David Collier en de CIDI organisatoren die hem hebben uitgenodigd uiteraard behoren) willen dat ze ‘soldaten’ worden (met andere woorden, een activistische inslag krijgen) en op staan tegen de ‘soldaten’ van de Palestinabeweging, en in het bijzonder BDS, aan de universiteit. En triest genoeg, vond Collier, bevinden zich binnen die laatstgenoemde beweging ook overal joden.
Vervolgens mengde Hannah Luden zich weer in de discussie. Volgens haar schaadde de BDS beweging de Palestijnen alleen maar, en waren Palestijnen vaak idioot genoeg om zich door hen in de luren te laten leggen. Israël en de Israëliërs waren volgens haar de beste hulp voor de Palestijnen. Zij vroeg zich af of er voor hen (als CIDI, als Israellobby) geen mogelijkheden waren om joodse studenten te mobiliseren tegen de SRP (Studenten voor Rechtvaardigheid in Palestina).
Collier vond dat men goed moest begrijpen dat de meeste mensen binnen die Palestina solidariteitsorganisaties geen hardcore antisemieten zijn. Hun betrokkenheid daarbij geeft hen een goed gevoel (over zichzelf) omdat zij denken daarmee voor rechtvaardigheid te strijden. Maar zij moeten ervan overtuigd worden dat zij daar juist niet voor strijden. Vervolgens haalde Hanna Luden het voorbeeld aan van de EAJG (Een Ander Joods Geluid). In een gesprek met hen was haar gebleken dat zij wel BDS strategieën omhelzen, maar dan gericht op de Israëlische nederzettingen in sinds 1967 bezet gebied. Toen zij daarop zei dat BDS toch wel over veel meer gaat dan alleen maar dat, antwoordden zij dat de BDS beweging de mensen er vrij in laat om hun eigen prioriteiten te hebben en hun eigen keuzes te maken qua BDS doelwit.
Maar volgens Collier was de boycot van alles wat met die Israëlische nederzettingen te maken had ook al schadelijk, vooral voor de Palestijnen zelf. Daarbij haalde hij het voorbeeld aan van Sodastream. Volgens hem is Sodastream een geweldige firma die al zijn werknemers fantastisch behandeld, ongeacht afkomst of geloof. Dus ook de Palestijnse werknemers. Maar doordat het bedrijf een BDS doelwit werd, moest het zijn biezen pakken uit de Westelijke Jordaanoever. Terwijl Palestijnen daar gelukkig gewerkt hadden. Zij moesten dan ook niets van de BDS beweging hebben. Als daaropvolgende illustratie van zijn stelling dat het de BDS activisten eigenlijk helemaal niet om de rechten en belangen van de Palestijnen te doen was verwees hij naar de Palestijnse gemeenschap in Libanon. In Libanon worden Palestijnen slechter behandeld dan waar dan ook, ze zijn daar uitgesloten van tal van banen, daar is pas echt sprake van apartheid. Maar daar protesteren BDS activisten niet tegen. Zij zijn alleen geïnteresseerd in wat Israël fout zou doen. Zij hebben geen enkele belangstelling voor mensenrechtenkwesties buiten Israëls grenzen (of buiten de grenzen van territorium dat onder Israëlische controle staat).
Verder omschreef Collier BDS als een amorfe beweging, die geïnspireerd is door een in wezen kwaadaardig idee, maar niet centraal geleid wordt. Het kent niet zoiets als een Centraal Comité. Het bestaat uit allerlei autonome groepen die zich altijd kunnen distantiëren van kwalijke opmerkingen die door een andere groep wordt gedaan. Ook daardoor is het zo moeilijk om de hardcore antisemieten onder hen (zoals in de PSC, de Palestine Solidarity Campaign in het Verenigd Koninkrijk) van de anderen de onderscheiden. En sadly, zei Collier, zitten er in die groepen ook altijd wel weer een aantal joden.
Niettemin, sloot hij af, is het meeste van wat er in antizionistische kringen plaatsvindt antisemitisch. En het viel niet mee hen te bestrijden, want ze komen steeds weer met nieuwe leugens op te proppen. Je moet steeds weer zoveel kennis verzamelen om die leugens tegen te gaan. Het is bijna ondoenlijk.
+++++
de redactie
foto: Netanyahu op AIPAC-congres, 2016 (Middle East Eye)