Enkele goede bijdragen en analyses in NRC over de Palestijnen en Israël
Vandaag stond in de NRC een opiniërend artikel van journalist Joris Luyendijk Wie wint de mediaoorlog om Gaza?en een ingezonden brief van Dr. Egbert Harmsen als reactie op Ian Buruma. Buruma had ruim een week geleden onder de titel Antisemitisme is geen rechtse ziekte meer, de ruimte gekregen om mee te zingen in het pro-Israëlkoor dat geen andere weg meer ziet dan scheldend in de aanval te gaan tegen kritiek op Israël. Harmsen is bestuurslid van docP (Diensten en Onderzoekcentrum Palestina) dat een boycot van Israël propageert zolang niet aan de eis van gelijke rechten is voldaan.
Dr. Egbert Harmsen
Om met Harmsen te beginnen, binnen de strakke regels voor een ingezonden brief fileert hij de verwarring die Buruma in navolging van Israël, CIDI en andere lobbyisten creëert rond het bedrip ‘antisemitisme’. Buruma vervaagt het onderscheid tussen enerzijds kritiek op het zionisme als systeem van institutionele discriminatie en feitelijke apartheid zoals die in Israël en de bezette Palestijnse gebieden wordt toegepast, en antisemitisme (jodenhaat) anderzijds. En passant maakt Harmsen een kritische opmerking over het voortdurend hameren door Israël en zijn vrienden op het “bestaansrecht van Israël”. Daarbij wordt expliciet of impliciet altijd bedoeld, “Israël als joodse staat” inclusief zijn racistische politiek. Harmsen: “(Het antwoord op antisemitisme) is juist gelegen in de strijd voor gelijkberechtiging van iedereen, ongeacht afkomst of religie, ook in Israël en Palestina.” Men kan naar aanleiding van het artikel van Buruma overigens ook vraagtekens zetten bij het intellectuele klimaat bij de beroemde New York Review of Books waarvan Buruma hoofdredacteur is.
Joris Luyendijk
Joris Luyendijk definieert de strijd tussen het Israëlische leger en de Palestijnen langs de Gazastrook als een mediaoorlog. Als namelijk een conflict de journaals in het Westen niet haalt dan kan de militair sterkste (Israël) de zwakste (Palestijnen) verjagen of uitroeien. Luyendijk stelt dat Israël dat bij afwezigheid van media aandacht misschien ook zou doen, want “In een land waar de leiders de Palestijnen aanduiden als kakkerlakken, zoals dat al jaren in Israël gebeurt, is immers veel denkbaar.” Dit ogenschijnlijke cynisme van Luyendijk gaat ver voorbij de kleverige politiek correctheid die in onze media nog altijd overheerst als ‘het onoplosbare conflict tussen joden en Palestijnen’ weer voorbij komt. Interessant is ook dat Luyendijk het taalgebruik van de politieke correctheid op de korrel neemt: ‘oplaaiend geweld’, ‘kans op vrede kleiner dan ooit’, ‘golf van onlusten’. In dit soort analyses ligt een belangrijke bijdrage die Luyendijk al jaren levert aan de Nederlandse journalistiek.
Jannie Schipper
Hier moet ook vermeld worden de bijdrage van de correspondente in Jeruzalem Jannie Schipper in de NRC van afgelopen vrijdag. Onder de kop “Palestijnen verliezen op alle fronten snel terrein” analyseert zij de positie van de Palestijnen in het internationale politieke spel. Niet de positie van de Palestijnen als volk maar van hun officiële vertegenwoordigers, te weten hun ‘regering’, de Palestijnse Autoriteit (PA) en de ruzie makende partijen Fatah en Hamas. Deze positie is ronduit hopeloos en blijkt ieder half jaar nog slechter te kunnen worden. Zij schetst ook de wijze waarop Israël daarvan gretig gebruik maakt. Wat zij niet doet – maar dat zou voor een Nederlandse journalist een unicum zijn – is de functie analyseren die de PA ook vervult als zetbaas van Israël en van het Westen in de bezette gebieden. Jannie Schipper is met dit correspondentschap veroordeeld tot koorddansen tussen de Israëllobby in ons land en het gezonde verstand van een groot deel van de lezers.
de redactie