Brief aan ZKH de Prins van Oranje
Update: For an explanation about this letter in English, click here
Aan ZKH de Prins van Oranje
Paleis Noordeinde
Postbus 30412
2500 GK Den Haag
Rotterdam, 25 april 2013
Onderwerp: het Koning Willem-Alexander Waterproject in de Negev woestijn
Hoogheid,
Ter gelegenheid van uw inhuldiging zal een door het Joods Nationaal Fonds uitgevoerd waterproject in de Negev woestijn in Israël naar u worden vernoemd. Het is niet zonder schroom dat we u op de hoogte stellen van een ernstige kritische kanttekening die we plaatsen bij deze vernoeming. Wij hebben besloten om deze kanttekening met u te delen, vanwege de reputatie en het hoge morele aanzien dat ons koningshuis in Nederland, maar ook internationaal, geniet.
Onze kritiek houdt verband met de belangrijke rol die het JNF heeft gespeeld en nog steeds speelt bij de onteigening van de Palestijnen en bij het actief en bewust creëren en in stand houden van rechtsongelijkheid tussen Palestijnse en joodse bewoners van Israël. Wij bieden u hieronder in vertaalde vorm een artikel aan dat Electronic Intifada heeft geplaatst over uw besluit om uw naam te verlenen aan het project van het JNF.
Omar Barghouti, een Palestijnse mensenrechtenactivist en een van de oprichters van de beweging voor Boycot, Desinvesteren en Sancties, heeft Electronic Intifada het volgende laten weten: “Het JNF heeft een belangrijke rol gespeeld in de onteigening van de Palestijnen en in het koloniseren van hun land. Vandaag zet het JNF zijn expliciet racistische praktijken tegen Palestijnen voort en verwerpt het elke notie van gelijke rechten voor iedereen. De Palestijnse samenleving waardeert de aandacht die gelijkheid en non-discriminatie hebben in de Nederlandse Grondwet en doen op grond daarvan een beroep op Prins Willem-Alexander om het besluit om zijn naam te verlenen aan een project van het JNF te heroverwegen”.
Jamal Jumá, directeur van de Stop the Wall Campaign, schreef in een email naar Electronic Intifada: “Voor Palestijnen is het JNF een van de belangrijkste uitvoerders van het Israëlische beleid dat Palestijnen aan weerszijden van de Groene Lijn discrimineert en onteigent. Het JNF staat voor hen symbool voor apartheid en de Israëlische ideologie van raciale suprematie. Dat de koning van Nederland als geschenk een “beschavend” project aanvaardt van een koloniaal bureau in een land dat niet het zijne is brengt ons terug naar de donkerste dagen van het kolonialisme, toen blanken ervan overtuigd waren dat ze naar believen konden beschikken over de gekoloniseerde gebieden en de mensen die er woonden. Ik dring er bij Nederland op aan om in plaats daarvan de traditie van tolerantie, gelijkheid en respect voor de mensenrechten te bekrachtigen, waarvoor dit land bekend staat en ervoor te zorgen dat dit geschenk zal worden afgewezen. ”
JNF Nederland
In een persbericht van het Joods Nationaal Fonds-Nederland (JNF-NL) wordt gesteld dat JNF-NL’s kernactiviteiten de ontwikkeling van het land Israël en het bewoonbaar maken ervan ten voordele van al haar inwoners zijn. In werkelijkheid draagt het werk van de organisatie bij aan de onteigening van het Palestijnse volk en de verankering van het Israëlische apartheidssysteem. Het JNF-NL statuut vermeldt het Joodse volk als de begunstigde van haar doelstelling en activiteiten. Het sluit de inheemse Palestijnse bevolking, die –na de massale verdrijving in 1947/1948- nog steeds goed is voor 20 procent van de totale bevolking van het huidige Israël, daarvan expliciet uit.
De nieuwe statuten van 1992 van JNF-NL tonen aan dat de organisatie werkt als een tak van JNF Israël, ook wel bekend als Keren Kayemeth LeIsrael (KKL). Electronic Intifada heeft een kopie van deze statuten in het Nederlands opgevraagd. Deze zijn nog steeds geldig, gezien het feit dat er geen veranderingen werden geregistreerd bij de Kamer van Koophandel in Nederland.
Het doel van het JNF-NL is “het brengen van grond in Israël in onvervreemd (sic) eigendom van het Joodse volk en het tot ontwikkeling brengen en bebossen van grond in Israël in het belang van het Joodse volk.” (artikel 2).
Uit de statuten blijkt dat de KKL het bestuur van het JNF-NL controleert. KKL’s hoofdkantoor keurt de benoeming van de leden van de Nederlandse Raad van Bestuur goed en benoemt nieuwe leden wanneer de raad van bestuur leden nodig heeft. Bovendien moet het JNF-NL bestuur overleggen met de KKL over benoeming, ontslag en bezoldiging van de directeur; en het JNF-NL bestuur heeft de goedkeuring van de KKL nodig als het zijn statuut wil wijzigen. Alle opbrengsten van de JNF-NL worden overgedragen aan de KKL, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald.
JNF Israël
Het Joods Nationaal Fonds werd opgericht in 1901 met als voornaamste doel grond “te kopen, te pachten of te ruilen, of in pacht te ontvangen of anderszins te verkrijgen in Palestina en de omliggende gebieden met als doel “Joden op deze gronden te vestigen”.
Na de oorlog en de oprichting van Israël in 1948 nam het JNF de controle over van het grootste deel van het land dat in beslag genomen was van de Palestijnse vluchtelingen. In de jaren ’50 werd het JNF een quasi staatsorganisatie toen Israël formeel het private fonds koppelde aan de staat conform de Wereld Zionistische Organisatie – Joods Agentschap (status) wetgeving en de Keren Kayemeth LeIsrael wetgeving. Met deze wetgeving besloot de Israëlische regering dat de Wereld Zionistische Organisatie, het Joods Agentschap en aanverwante organisaties, waaronder het JNF, moesten worden behandeld als onderdeel van de staat Israël, en als instellingen gemachtigd om openbare functies uit te oefenen. Vervolgens is het JNF toegetreden tot de Israel Lands Administration (later omgedoopt tot Israel Lands Authority), de openbare beheerder van ongeveer 93 procent van alle grond in Israël.
Volgens de historicus Ilan Pappe heeft het JNF 13 procent van het land direct in bezit en via zijn invloedrijke positie in de Israel Lands Authority heeft het de macht over meer dan 93 procent van alle grond in Israël.
Volgens het JNF statuut en de “Basiswet: Land van Israël” mag het JNF grond alleen uitwisselen met en leasen aan joodse rechtspersonen, aan de staat en aan de door de regering gecontroleerde Ontwikkelingsautoriteit, schrijft Badil, de organisatie voor de rechten van de Palestijnse vluchtelingen.
De door het JNF-NL ingezamelde fondsen worden overgedragen aan en besteed door de Israëlische semi-staatsorganisatie JNF-KKL.
Institutionele discriminatie
In 2004 vocht de Palestijns-Israёlische burgerrechtenorganisatie Adalah in Haifa bij het Israëlische hooggerechtshof het beleid van de Israel Lands Authority (ILA) aan om de offertes voor JNF gronden in Israël alleen voor joden open te stellen. Adalah eiste dat de ILA, als een publieke instantie, de beginselen van gelijkheid, rechtvaardige verdeling en billijkheid in acht zou nemen en zou ophouden op te treden als onderaannemer van discriminatie op grond van nationale afkomst. In zijn reactie op het hooggerechtshof onderstreepte het JNF zijn bijzondere rol “als de eigenaar van een eeuwig bezit van het Joodse volk.” Het JNF voerde aan dat de toewijzing van JNF land aan niet-joden “extreem schadelijk (zal zijn) met terugwerkende kracht, ten aanzien van de rechten van het JNF en van het Joodse volk “. Het JNF schrijft: “De Israëlische Knesset en de Israëlische samenleving hebben als standpunt uitgesproken dat het onderscheid tussen Joden en niet-Joden, dat ten grondslag ligt aan de zionistische visie, een onderscheid is dat is toegestaan en niet discriminerend van aard is, althans als het gaat om de hulpbronnen die de zionistische beweging in bezit houdt.“
De reactie van het JNF laat een vastberadenheid zien om zijn discriminerende marketing van de grond voort te zetten, met zijn mededeling dat de “JNF geen overheidsinstantie is die optreedt namens alle burgers van de staat. Zijn loyaliteit is aan het Joodse volk en alleen ten aanzien daarvan draagt het verantwoordelijkheid “.
De discriminerende praktijken van het JNF ten aanzien van de 1,5 miljoen Palestijnse burgers van Israël werden bekritiseerd door verschillende VN-organen. In 2007 drong het VN-Comité voor de Uitbanning van Rassendiscriminatie er bij Israël op aan om ervoor te zorgen dat het JNF gehouden is aan het beginsel van non-discriminatie bij de uitoefening van zijn functies.
In 1998 constateerde het VN-Comité inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten met grote bezorgdheid, dat aan het JNF het recht wordt verleend om grond die het in beheer heeft uitsluitend aan joden ten goede te laten komen. Het riep Israël op om dit probleem aan te pakken.
In 2007 verwierp de VN-Comité voor niet-gouvernementele organisaties (NGO’s) het verzoek van de Amerikaanse afdeling van de JNF om een raadgevende status bij de Economische en Sociale Raad van de VN. Schending door de JNF-KKL van de beginselen van het VN-Handvest, die respect voor mensenrechten en gelijkheid benadrukken, was een van de belangrijkste redenen voor de afwijzing, volgens Adalah.
Verder kon het Comité geen onderscheid zien tussen de activiteiten van de JNF-afdeling in de VS en het JNF-KKL; in tegenspraak met de bewering van deze afdeling dat het een onafhankelijke en niet-gouvernementele organisatie is.
JNF geschenk is geen kroonjuweel
Nederlandse burgers verwachten dat hun koning respect toont voor de kernwaarden die in de Grondwet van het koninkrijk zijn vastgelegd. Het beginsel van non-discriminatie, zoals dat in het artikel 1 van deze Grondwet vermeld staat, is cruciaal voor de Nederlandse waarden. JNF-Nederland werkt echter als een tak van de JNF-KKL, een Israëlische parastatale organisatie die essentiële overheidsfuncties vervult en discrimineert op grond van religie en etniciteit ten koste van de rechten van de inheemse Palestijnse bevolking.
Hoogheid, de beweging voor Palestijnse rechten in Nederland en daarbuiten is zeer bezorgd over uw beslissing uw naam te verlenen aan het JNF waterproject in de Israëlische Negev woestijn.
Wij verblijven in vertrouwen, dat u, met een beroep op het internationaal recht en de Nederlandse Grondwet, uw besluit zult heroverwegen.
Hoogachtend,
Benji de Levie
Voorzitter docP
Diensten en Onderzoek Centrum Palestina