Beveiligd: Beveiligd: Beveiligd: EU 2019 verkiezingsprogramma, brief aan CDA
Aan: CDA Programmacommissie
8 januari, 2019,
Onderwerp: EU 2019 verkiezingsprogramma
Geacht CDA Programmacommissie,
Met interesse hebben we uw concept-programma gelezen voor de verkiezingen van het Europees Parlement eind mei 2019. Dat uw programma begint met de herinnering aan de Europese samenwerking als een vredesproject “gebaseerd op gedeelde Europese waarden als vrijheid, solidariteit, gelijkwaardigheid en de bescherming van de menselijke waardigheid” spreekt ons zeer aan. Helaas herkennen we met u dat “met het verstrijken van de jaren Europa steeds meer een verhaal over economische vooruitgang is geworden” en dat “het verhaal van vrede en bescherming langzaam is weggeëbd.”
Het zal ook niet voor niets zijn dat uw programma begint met het hoofdstuk over “Europa in de wereld”. U schrijft: “Aan de randen van Europa zorgen conflicten en autoritaire leiders voor toenemende spanning (…) In die onrustige wereld is een goede buur beter dan een verre vriend en kan en moet Europa een sterkere rol spelen op het wereldtoneel. (…) Bij dit alles zijn de mensenrechten en de Europese grondrechten leidend.” Helaas zien we vervolgens geen concrete voorstellen hoe de Europese Unie volgens het CDA op basis van die mensenrechten een sterkere rol wil spelen in de oplossing van die conflicten aan de randen van Europa. Daarbij denken wij met name aan het conflict tussen Israël en Palestina dat nu al vele decennia voortduurt.
In dit hoofdstuk over de rol van Europa in de wereld bepleit u ook “een nog verdere samenwerking tussen politie-, justitie- en veiligheidsdiensten binnen Europa. Met name op het vlak van gegevens- uitwisseling”. Ook uit het vervolg van deze tekst leiden we af dat u het hier vooral over de gegevensuitwisseling tussen EU-lidstaten onderling heeft, die elkaar aan kunnen spreken op mensenrechten en de Europese grondrechten. De praktijk wijst echter uit dat EU-lidstaten ook gegevens uitwisselen met politie-, justitie- en veiligheidsdiensten buiten Europa die er andere opvattingen over mensenrechten en grondrechten op na houden. Een pleidooi voor “nog verdere samenwerking” zou wat ons betreft gepaard moeten gaan met een clausule die die gegevensuitwisseling met derden juist aan banden legt.
In het slothoofdstuk “Europa zijn wij” benadrukt u nog eens de Europese Unie als waardengemeenschap die maatregelen zou moeten nemen tegen lidstaten die deze waarden (niet langer) onderschrijven en deze waarden ook hanteert als criterium bij het toelaten van nieuwe lidstaten. Het lijkt ons logisch dat het programmapunt “Het naleven van de Europese basiswaarden moet als voorwaarde worden gesteld bij de verdeling van Europese fondsen” Ook geldt voor landen waarmee de EU andere samenwerkingsvormen onderhoudt, zoals de associatieverdragen, op basis waarvan een aantal niet-EU-lidstaten wel aanspraak kunnen maken op Europese fondsen. Dat is in ieder geval een manier voor de EU om een rol te spelen bij het terugdringen van de spanningen in haar directe omgeving die veroorzaakt worden door conflicten en autoritair leiderschap.
Met vriendelijke groet,
Sonja Zimmerman
Voorzitter DocP