Geen spreekverbod BDS: zware nederlaag München bij de rechter
München verbood vier jaar geleden een bijeenkomst waar ook over BDS gesproken zou worden. ‘Vrijheid van meningsuiting’, zegt de rechter nu.
Rechter op landelijk niveau
Net als de stad Oldenburg enkele jaren geleden wilde München geen ruimte ter beschikking stellen voor een discussie waarbij vanwege de apartheid in Israël ook de campagne voor Boycot, Desinvesteren en Sancties aan de orde was gekomen. Ook Oldenburg werd toen door de Duitse rechter in het ongelijk gesteld. Discussie over BDS viel volgens de rechterlijke uitspraak onder de vrijheid van meningsuiting. Datzelfde zegt nu op landelijk niveau de federale bestuursrechter (Bundesverwaltungsgericht) in een minstens zo belangrijke uitspraak. Ook de gemeenteraad van München hanteerde eind 2017 weer het bekende verhaal: Er wordt geen ruimte beschikbaar gesteld voor BDS omdat dat gericht is tegen Israël, en dus tegen joden en dus een vorm van antisemitisme is. De landelijke rechter haalt dit dus onderuit in lijn met de uitspraak van de rechter in de rechtszaak Oldenburg. Zaalweigering voor BDS door de gemeente is onrechtmatig want in strijd met de vrijheid van meningsuiting.
Europese rechter
Belangrijk is dit ook tegen de achtergrond van de uitspraak die de rechter van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in juni 2020 deed. Elf pro-Palestijnse activisten hadden in 2009 en 2010 in een supermarkt in Frankrijk klanten opgeroepen om geen Israëlische producten te kopen. Ze werden daarvoor door de hoogste Franse rechter veroordeeld voor het aanzetten tot ‘economische discriminatie’. Zij gingen daarna naar de Europese rechter die bepaalde dat de elf ten onrechte werden veroordeeld: hun oproep in de supermarkt viel onder de vrijheid van meningsuiting.
Duits parlement
Interessant is ook wat hiermee de komende jaren in de Duitse politiek gaat gebeuren. In mei 2019 nam het Duitse parlement een motie aan die neerkwam op: actie ondernemen tegen BDS is nodig om antisemitisme bestrijden. Minder bekend is dat een groot aantal afgevaardigden tegen de motie stemden. Behalve een groot aantal leden van Die Linke ook 90 parlementariërs van andere partijen.