26 April 2015

Omar Barghouti en Eyal Sivan bezoeken Nederland [video]

Omar Barghouti is de initiatiefnemer van een belangrijk onderdeel van de BDS beweging: PACBI. Ofwel de academische en culturele boycot van Israël.
PACBI staat voor Palestinian Campaign for the Academic and Cultural Boycott of Israël.

Barghouti houdt inleidingen en heeft op verschillende plaatsen in ons land ontmoetingen.

Op 23 april vond een bijeenkomst plaats in de Universiteit van Amsterdam (UVA). En dat is niet zonder betekenis. Wereldwijd verzetten pro-Israël organisaties zich momenteel tegen het houden van dergelijke bijeenkomsten in universiteiten. Daarover zijn recent problemen ontstaan op campussen in de Verenigde Staten, Engeland en in Frankrijk. Nederland was enkele maanden geleden aan de beurt toen de Vrije Universiteit op het laatste moment een Israël-kritische bijeenkomst van studenten verbood.

Eyal Sivan is een Israëlische filmmaker die momenteel doceert aan de Universiteit van Exeter in Engeland.

Tijdens de bijeenkomst in de UVA (donderdag, 23 april) hielden Barghouti en Sivan beiden een inleiding. Daarna was er tijd voor vragen en discussie. Anne de Jong, werkzaam aan de UVA, leidde de bijeenkomst. (bekijk de video registratie)

Kernpunt was de vraag of wetenschap/universiteiten en cultuur boven de politiek staan en dus niet onderwerp van een boycot zouden moeten zijn.

Wij pakken hieronder een aantal interessante punten uit de inleidingen en de discussie.

Barghouti zei onder andere:

De universiteiten spelen een zeer grote rol bij het acceptabel maken van het onderdrukkende karakter van de Israëlische maatschappelijke en het mogelijk maken de bezetting. De academische en culturele boycot is ‘institutioneel’. Dat wil zeggen, hij richt zich tegen instituties: universiteiten en culturele instellingen bijvoorbeeld die meewerken aan de bezetting of discriminatie van Palestijnen.
Of, die betaald worden om het Israëlische systeem te promoten. De boycot richt zich niet tegen individuen, ongeacht of wij het met de mening van die individuen eens zijn.
Anders wordt het als een persoon optreedt als “ambassadeur” van Israël, voor de staat Israël.

Eyal Sivan benadrukte dat ook een groeiend aantal joodse Israëliërs, in navolging van Palestijnse organisaties, oproepen tot de culturele boycot, en dat het niet alleen de Palestijnse zaak steunt, maar ook die van Joodse democraten. Indien in navolging van internationale wetgeving sancties op Israël zouden worden toegepast, zou deze boycot niet nodig zijn.

Hij beschreef de rol van de ‘culturele ambassadeurs’ voor de Israëlische staat, die ze financiert: Het progressieve gezicht laten zien van ‘de enige (joodse) democratie’ in het Midden Oosten, zoals expliciet vermeld in hun contract. Het is voor kunstenaars mogelijk, zich als individu te distantiëren van deze rol, door zo’n contract niet aan te gaan.

Hij noemde het paradoxaal, dat een gemeenschap die voor 95% de oorlogsmisdaden van Israël zoals in Gaza ondersteunt, zulke progressieve kunst exporteert.

Artiesten uit de ‘Big White West’, die in Israël optreden, werken mee aan normalisering van de voortdurende bezetting, waar de hele joodse bevolking, en niet alleen de settlers, de verantwoordelijkheid voor draagt.

De weigering van buitenlandse artiesten om op te treden in Israël, is een geweldloze methode, om de bezetting onder de aandacht van deze medeverantwoordelijken te brengen.

“Israël heeft hulp nodig”, zegt hij. Hij hoopt dan ook dat de IDFA zal besluiten geen Israëlische films meer te steunen.
Het wordt tijd dat Israël als een normale staat wordt behandeld, en dat men ophoudt Israël een uitzonderingsstatus te geven.
“De buitenrechtelijke status van Israël mag niet genormaliseerd worden”.

De Q&A
Het meest gehoorde verwijt aan boykotters: de vrijheid van expressie door kunstenaars en de vrijheid van wetenschap worden door de boycot ingeperkt.
Dit is een schijnargument.

Barghouti zei daarover:
1. De vrijheid voor kunstenaars en wetenschappers wordt in Israël met voeten getreden als het om Palestijnen gaat. Dat gebeurt met medewerking van instituten zoals universiteiten.
2. De academische boycot richt zich niet op de inhoud van een wetenschappelijke publicatie, een standpunt, et cetera. Het gaat hem en de PACBI beweging (binnen de brede BDS beweging) om de rol van instituten en “ambassadeurs” in de ondersteuning van het onderdrukkende systeem.

Vaak wordt vanuit pro-Israëlische organisaties het “het meten met twee maten” genoemd: waarom moet de boycot juist om Israël gaan, er is immers in zoveel landen iets aan de hand?:

Barghouti:
1. Wie moeten de Palestijnen, die het initiatief tot de boycot namen, anders boycotten dan Israël?
2. Een hele reeks landen wordt getroffen door sancties, door het Westen of door de Verenigde Naties. Israël niet. Dat is dus wel met twee maten meten.
3. De boycot is ook steun voor links in joods-Israël, die vechten voor echte democratie. Ook voor joden in Israël staat de democratie namelijk onder druk: de nieuwe anti-boycotwet bijvoorbeeld die een groot probleem wordt voor “Boycott from Within”.

Sommigen uit de culturele wereld presenteren zich als progressief maar zijn in feite “ambassadeur”: de schrijvers Amoz Oz en David Grossman bijvoorbeeld.

De bijeenkomst werd georganiseerd door Palestine Link, gate48 en de Leonhard Woltjer Stichting.

Video registratie

[box type=”download”] Bekijk de video registratie van die avond.

[/box]

BDS Nederland op Twitter