VN schrijft Israelische bedrijven aan: “Dit kon wel eens een lawine worden”

Onlangs  verschenen berichten in de media dat de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties is begonnen met het sturen van brieven naar 150 bedrijven in Israel en wereldwijd, om deze te waarschuwen dat zij toegevoegd kunnen gaan worden aan een database van ‘medeplichtige bedrijven’, dat wil zeggen bedrijven die zaken doen in illegale Israelische nederzettingen op de bezette Westelijke Jordaanoever of in bezet Oost-Jeruzalem.

In de brieven werden deze bedrijven erop gewezen dat hun betrekkingen met illegale nederzettingen een schending zijn van het ‘internationaal recht en in strijd met VN-resoluties’. De VN verzoekt deze bedrijven om opheldering te geven over die betrekkingen.

Volgens hoge Israelische ambtenaren hebben sommige bedrijven al geantwoord dat ze hun contracten met de Israeli’s niet zullen verlengen of geen nieuwe contracten zullen sluiten. “Dit kon wel eens een lawine worden”, reageerde een Israelische ambtenaar bezorgd.

Van de 150 bedrijven komen er ongeveer 30 uit de Verenigde Staten en een aantal uit landen als Duitsland, Zuid Korea en Noorwegen. De andere helft bestaat uit Israelische bedrijven, waaronder de pharmaceuticareus Teva, het nationale telefoonbedrijf Bezeq, busfirma Egged, het nationale waterbedrijf Mekorot, de twee grootste banken van het land Hapoalim and Leumi, de grote militaire en technologische firma Elbit Systems, Coca-Cola, Africa-Israel, IDB en Netafim.

Tot de Amerikaanse bedrijven die een brief gekregen hebben, behoren Caterpillar, Priceline.com, TripAdvisor en Airbnb. De regering Trump probeert volgens berichten de publicatie van de lijst te voorkomen.

 Omar Barghouti, mede-oprichter van de BDS beweging, verklaarde:

“Na decennia van Palestijnse landonteigening en Israelische militaire bezetting en apartheid, heeft de Verenigde Naties een eerste concrete, practische stap genomen om Israel ter verantwoording te roepen voor de voortgaande schendingen van Palestijnse mensenrechten. Palestijnen verwelkomen deze stap hartelijk.

Wij hopen dat de Mensenrechtenraad van de VN zijn poot stijf houdt en een volledige lijst zal publiceren van alle bedrijven die illegaal handelen in of met Israelische nederzettingen op gestolen Palestijns land en deze lijst zullen ontwikkelen zoals geëist door de Mensenrechtenraad van de VN in maart 2016.

Het is misschien te optimistisch om te verwachten dat deze moedige VN aansprakelijkheidsmaatregel Israel daadwerkelijk ‘van zijn voetstuk’ zal halen, waartoe de Zuidafrikaanse anti-apartheidleider aartsbisschop Desmond Tutu ooit opriep. Maar als het goed wordt aangepakt, kan deze VN database van bedrijven die medeplichtig zijn aan een aantal van de Israelische mensenrechtenschendingen het begin inluiden van het einde van de Israelische straffeloosheid.”

Vertaling van www.bdsmovement.net