Aan de familie van het duizendste slachtoffer van Israëls genocidale massaslachting in de Gazastrook
Ik weet nog niet wie jullie dierbare was. Misschien was ze een baby van enkele maanden oud, of een jonge jongen, een grootvader, of een van jullie kinderen of ouders. Ik hoorde van de dood van jullie dierbare via Chico Menashe, een politiek commentator bij Reoshet Bet, Israëls belangrijkste radiostation.
Hij legde uit dat het vermoorden van jullie dierbare, net als het in puin schieten van woonwijken in Gaza en het uit hun huizen verdrijven van 150.000 mensen, onderdeel is van een goed doordachte Israëlische strategie: dit bloedbad zal de drang van Palestijnen in Gaza om verzet te bieden tegen het Israëlische beleid vernietigen.
Ik hoorde dat terwijl ik in de naar men zegt respectabele krant Haaretz van 25 juli de woorden las van de niet zo respectabele historicus Benny Morris dat zelfs dit nog niet voldoende is.
Hij noemde het genocidale beleid tot nu toe “refisut” – zwakheid van verstand en geest. Hij pleit voor verwoesting op veel grotere schaal in de toekomst, wetende dat dat is hoe je je gedraagt bij de verdediging van je “villa in de jungle”, zoals voormalig minister-president Ehud Barak Israël omschreef.
Onmenselijke wildernis
Ja, ik vrees dat ik moet zeggen dat de Israëlische media en de academische wereld het bloedbad volledig steunen, behalve enkele, nauwelijks verstaanbare stemmen in deze onmenselijke wildernis. Ik schrijf dit niet om jullie te zeggen dat ik me schaam – ik heb lang geleden reeds afstand genomen van deze staatsideologie en ik doe alles wat ik kan als individu om die te bekritiseren en te verslaan. Het was waarschijnlijk niet genoeg; iedereen houdt zich wel eens in vanwege lafheid, egoïsme en misschien een natuurlijke aandrang om te zorgen voor onze familie en dierbaren.
En toch vind ik vandaag dat ik jullie een gelofte moet doen, iets wat geen van de Duitsers die mijn vader heeft gekend voor hem wilde doen tijdens het naziregime, toen de schurken genocide op zijn familie pleegden. Deze gelofte stelt weinig voor tijdens jullie smart, maar het is het beste wat ik kan doen en niets zeggen is geen optie. En niets doen is nog minder een optie.
Het is 2014 – de verwoesting van de Gazastrook is goed gedocumenteerd. Het is niet 1948, toen de Palestijnen de grootste moeite hadden aandacht te krijgen voor de gruwelen die zij hadden meegemaakt; zoveel zionistische misdaden van toen bleven verborgen en kwamen nooit naar buiten, zelfs tot op de dag van vandaag. Vandaar dat mijn eerste, eenvoudige gelofte is dat ik zal registreren, informeren en blijven hameren op de waarheid.
Mijn oude universiteit, de Universiteit van Haifa, heeft studenten gerekruteerd om de Israëlische leugens overal in de wereld te verspreiden via internet, maar het is nu 2014 en dit soort propaganda zal niet meer werken.
Gelofte tot een boycot
Maar dat is zeker niet genoeg. Ik doe de gelofte dat ik doorga met het boycotten van een staat die zulke misdaden pleegt. Alleen als de UEFA Israël eruit gooit, als de academische wereld alle institutionele banden met Israël verbreekt, als luchtvaartmaatschappijen aarzelen naar die bestemming te vliegen en als elk bedrijf dat op de korte termijn geld misloopt vanwege een ethische beslissing, begrijpt dat het op de lange termijn zowel financieel als moreel winst zal maken – alleen dan beginnen wij iets goed te maken voor jullie verlies.
De beweging van Boycot, Desinvestering en Sancties (BDS) heeft al veel bereikt en gaat onvermoeibaar door. Sommige van de obstakels zijn nog de valse beschuldigingen van antisemitisme en het cynisme van politici. Hier lees je hoe een lovenswaardig initiatief van Britse architecten om hun collega’s in Israël te bewegen tot het innemen van een morele positie in plaats van medeplichtig te zijn aan de criminele kolonisatie van het land, op het laatste moment werd geblokkeerd.
Dergelijke initiatieven werden ook elders gesaboteerd door politici zonder ruggengraat in Europa en de Verenigde Staten. Maar het is mijn gelofte deel uit te zullen maken van de pogingen die obstakels te overwinnen. De herinnering aan jullie dierbare zal de drijvende kracht zijn, tezamen met de levendige herinnering aan het lijden van de Palestijnen in 1948, dat sindsdien onverminderd voortduurt.
Slachthuis
Ik doe het op een egoïstische manier. Ik bid en hoop werkelijk dat jullie, op dit vreselijkste moment van jullie leven, als de Palestijnen in Shujaiya, Deir al-Balah of in Gaza Stad staren naar het slachthuis dat werd gecreëerd met Israëlische oorlogsvliegtuigen, tanks en artillerie, niet al het vertrouwen in de mensheid hebben verloren.
Die mensheid bevat zelfs Israëli’s, zij die hun stem niet hardop durven laten klinken, maar die privé hun afschuw uiten, zoals blijkt uit mijn e-mail en Facebookpagina, en ook zij die publiekelijk demonstreren tegen de oplopende genocide in de Gazastrook.
Ook bevat ze de nog ongeborenen die misschien kunnen ontkomen aan een zionistische indoctrinatiemachine die hun leert, van de wieg tot het graf, de Palestijnen te ontmenselijken tot een niveau dat het levend verbranden van een 16-jarige Palestijnse jongen hen niet raakt en hun geloof in hun regering, leger of religie niet ondermijnt.
Verslagen
In hun belang, in dat van mij en jullie, hoop ik dat we kunnen dromen van de dag erna – wanneer het zionisme verslagen is als de ideologie die onze levens beheerst tussen de rivier de Jordaan en de Middellandse Zee en we allemaal het normale leven hebben waarnaar we zo verlangen en dat we verdienen.
En dus doe ik vandaag de gelofte dat ik me zelfs niet zal laten afleiden door vrienden en Palestijnse leiders die zo dom zijn hun hoop te blijven vestigen op de al lang voorbije “tweestatenoplossing”. Als iemand de behoefte voelt zich in te zetten voor een machtswisseling in Palestina, dan is de enige reden daarvoor een strijd voor gelijkwaardige mensen- en burgerrechten en volledige restitutie voor allen die het slachtoffer waren en zijn van het zionisme, zowel binnen als buiten de grenzen van het geliefde Palestina.
Dat elke dierbare ruste in vrede, wie het ook was, in de wetenschap dat hun dood niet voor niets was – niet omdat het zal leiden tot vergelding of wraak. Er is geen behoefte aan nog meer bloedvergieten. Ik geloof nog steeds dat er een manier is om kwaadaardige systemen te beëindigen met de kracht van menselijkheid en moraliteit.
Gerechtigheid betekent ook dat de moordenaars van jullie dierbare en zovele anderen voor de rechter moeten komen, en we moeten ons inzetten om de Israëlische oorlogsmisdadigers voor het gerecht te slepen in internationale gerechtshoven.
Dat is een veel langere weg en soms voel zelfs ik de behoefte deel uit te maken van een kracht die hard geweld gebruikt om een einde te maken aan de onmenselijkheid. Maar ik doe de gelofte te blijven werken aan gerechtigheid, volledige gerechtigheid, herstellende gerechtigheid.
Die gelofte kan ik doen – blijven werken aan het voorkomen van de volgende fase in de etnische zuivering van Palestina en de genocide op Palestijnen in de Gazastrook.
Ilan Pappe
(Vertaling: Engelbert Luitsz)
Ilan Pappe is historicus. In 2007 verliet hij Israël voor Engeland. Daar doceert hij geschiedenis aan de universiteit van Exeter. Hij schreef onder andere:
- De etnische zuivering van Palestina
(The Ethnic Cleansing of Palestine) - The Idea of Israel
- The Making of the Arab-Israeli Conflict, 1947-1951
- The Forgotten Palestinians
Ilan Pappe, To the family of the one thousandth victim of Israel’s genocidal slaughter in Gaza\
Dit artikel verscheen op 28 juli op www.alexandrina.nl