United Methodist Church trekt investeringen terug uit Israëlische banken
Het Palestijnse Nationale BDS-Comté (BNC) spreekt zijn waardering uit over het besluit van de United Methodist Church (UMC) om de 5 grootste Israëlische banken uit te sluiten van investeringen uit het 20 miljard dollar grote fonds voor pensioenen en gezondheidsvoorzieningen (Pension and Health Benefits Fund).
Dit besluit tot desinvestering is mede het gevolg van de doeltreffende en voortdurende acties van de United Methodist Kairos Response (UMKR) groep binnen de UMC om aandacht te vragen voor Palestijnse rechten en de plicht van de Kerk alle investeringen terug te trekken uit bedrijven die profiteren van Israëls bezetting en schendingen van humanitair recht.
De banken die door UMC genoemd worden zijn: Bank Hapoalim, Bank Leumi, Firt International Bank of Israel, Israel Discount Bank en Mizrahi Tefahot Bank. Een rapport van de Israëlische organisatie ‘Who Profits’ uit 2010 beschrijft de betrokkenheid van Israëlische banken in de schendingen van internationaal recht en oorlogsmisdaden begaan door Israël. Deze medeplichtigheid is samengevat in zes hoofdpunten:
- het verstrekken van hypotheken voor huizenkopers in nederzettingen;
- specifieke leningen voor bouwprojecten in nederzettingen;
- financiële dienstverlening aan lokale Israëlische overheden op de bezette Westelijke Jordaanoever, inclusief Oost-Jeruzalem en de Golan Hoogte;
- het openen van bankfilialen in nederzettingen;
- financiële dienstverlening aan bedrijven in nederzettingen;
- het gijzelen van de Palestijnse monetaire markt.
Over 5 maanden zal op de Algemene Vergadering van de United Methodist Church een resolutie van UMKR (https://www.kairosresponse.org/divest_resolutions_gc2016.html) in behandeling worden genomen betreffende desinvestering uit Caterpillar, Motorola Solutions en Hewlett Packard en de vorming van een bezettings-vrije beleggingsportefeuille.
De jarenlange betrokkenheid van UMC bij deze drie in de VS gevestigde bedrijven hebben niet geleid tot het beëindigen van hun medeplichtigheid aan Israëls bezetting. Op de Algemene Vergadering van UMC in 2012 haalde het voorstel tot desinvestering indeze bedrijven het niet. In de afgelopen jaren hebben UMC-activisten hun dialoog voortgezet met Palestijnse groeperingen die oproepen voor BDS tégen Israëls bezettingspraktijken, kolonisatie en apartheid en vóór vrijheid, rechtvaardigheid en gelijkheid.
Het besluit van de United Methodist Church tot desinvestering in vijf Israëlische banken komt net na de bekendmaking van het Ierse bouwmaterialen concern CRH dat het zich terugtrekt uit de Israëlische markt door de verkoop van zijn belang van 25% in het Israëlische bedrijf Nesher Cement. Het besluit is grotendeels het gevolg van een zeer succesvolle BDS-campagne in Ierland tegen dit bouwmaterialenconcern.
Een paar dagen voor deze bekendmaking liet de Franse telecom gigant Orange weten dat het de franchiseovereenkomst met het Israëlische telecombedrijf Partner gaat beëindigen, daartoe aangezet door de grootschalige internationale BDS campagne tegen Partner’s steun aan het Israëlische leger en zijn betrokkenheid bij illegale Israëlische nederzettingen.
En in september 2015 heeft het Franse megaconcern Veolia al zijn bedrijven in Israël verkocht, als een direct gevolg van een zeven jaar durende BDS-campagne tegen de rol van Veolia in infrastructurele projecten t.b.v. illegale Israëlische nederzettingen.
Bovenstaand artikel is een (ingekorte) vertaling van de verklaring van BNC uitgegeven op 13 januari 2016